4 kant-en-klare bladerdeegschelpen (vol-au-vent, uit de winkel)
Optioneel: 1 losgeklopt ei (voor het bestrijken)
Voor de zeevruchtenragout:
150 g garnalen (gepeld en schoongemaakt)
150 g coquilles (klein gesneden)
100 g witvisfilet (bijv. kabeljauw, in blokjes)
1 sjalot (fijngehakt)
1 teentje knoflook (fijngesneden)
30 g boter
30 g bloem
500 ml visbouillon (warm)
100 ml room
1 eetlepel witte wijn (optioneel)
1 theelepel citroensap
Zout en peper naar smaak
Handje verse peterselie (fijngehakt)
Bereiding:
1. Bladerdeegschelpen bakken:
Verwarm de oven voor op 180°C.
Plaats de kant-en-klare bladerdeegschelpen op een bakplaat en bestrijk ze eventueel met losgeklopt ei voor een mooie glans.
Bak de schelpen volgens de instructies op de verpakking, meestal 10-12 minuten tot ze goudbruin en knapperig zijn.
2. Zeevruchtenragout bereiden:
Basis maken: Smelt de boter in een pan op middelhoog vuur en fruit de sjalot en knoflook glazig. Voeg de bloem toe en roer goed door om een roux te maken. Laat dit 2-3 minuten garen om de bloemige smaak te verwijderen.
Bouillon toevoegen: Giet de warme visbouillon beetje bij beetje bij de roux terwijl je constant blijft roeren met een garde. Hierdoor ontstaat een gladde, dikke saus.
Room en wijn: Voeg de room en eventueel een scheutje witte wijn toe en roer goed door. Breng op smaak met zout, peper en een beetje citroensap.
Zeevruchten toevoegen: Voeg de blokjes witvis toe en laat 2 minuten garen. Voeg daarna de garnalen en coquilles toe en kook nog 3-4 minuten mee, tot de vis en zeevruchten gaar zijn. Let op: niet te lang, zodat ze sappig blijven.
Roer de gehakte peterselie door de ragout.
3. Serveren:
Vul de warme bladerdeegschelpen royaal met de zeevruchtenragout.
Garneer met wat extra peterselie en serveer direct op een feestelijk bord.