300 g varkensgehakt (of kip, rund of tofu als alternatief)
1 kopje witte kool, fijngehakt
1 lente-ui, fijngesneden
1/4 kopje kimchi, fijngehakt (optioneel)
1 teentje knoflook, fijngehakt
1 el sojasaus
1 tl sesamolie
1/2 tl suiker
Zout en peper naar smaak
Voor het deeg (of gebruik kant-en-klare dumplingvellen):
2 kopjes bloem
1/2 kopje warm water
Een snufje zout
Voor serveren:
Sojasaus
1 tl rijstazijn
Een snufje geroosterde sesamzaadjes
Een drupje chili-olie (optioneel)
Bereidingswijze:
Het deeg maken:
Meng bloem, zout en warm water in een kom. Kneed tot een soepel deeg en laat 30 minuten rusten onder een vochtige doek.
De vulling bereiden:
Meng alle ingrediënten voor de vulling in een grote kom. Roer goed door tot alles gelijkmatig verdeeld is.
Mandu vormen:
Rol het deeg uit op een met bloem bestoven werkvlak tot een dunne lap. Snijd in rondjes van ongeveer 8 cm diameter.
Leg een theelepel vulling in het midden van elk rondje. Vouw de randen samen en knijp stevig dicht om een halve maan te vormen. Gebruik eventueel wat water om de randen te verzegelen.
Mandu koken:
Stomen: Plaats de mandu in een stoommandje en stoom 8-10 minuten.
Bakken: Verhit een beetje olie in een pan en bak de mandu aan één kant goudbruin. Voeg een scheutje water toe, dek af en stoom ze gaar.
Koken: Kook de mandu in licht gezouten water gedurende 4-5 minuten tot ze boven komen drijven.
Dipsaus maken:
Meng sojasaus, rijstazijn, sesamzaadjes en eventueel chili-olie in een kommetje.
Serveren:
Serveer de mandu warm, met de dipsaus ernaast. Garneer eventueel met extra sesamzaadjes en lente-ui.