2 kg verse mosselen (schoongemaakt en gecontroleerd)
2 sjalotten, fijngesnipperd
2 teentjes knoflook, fijngesneden
30 g roomboter
200 ml droge witte wijn
100 ml water
1 bosje verse peterselie (fijngehakt)
1 laurierblaadje
1 takje tijm
Versgemalen zwarte peper
Citroenpartjes (voor garnering)
Voor erbij:
Stokbrood of knapperig brood
Bereidingswijze
1. De mosselen voorbereiden:
Spoel de mosselen grondig onder koud water. Verwijder eventuele baarden en controleer of alle schelpen dicht zijn. Gooi open of beschadigde mosselen weg.
2. De basis maken:
Smelt de boter in een grote, diepe pan op middelhoog vuur.
Voeg de fijngesneden sjalotten en knoflook toe en fruit ze 2-3 minuten tot ze glazig zijn.
Voeg het laurierblaadje en de tijm toe voor extra smaak.
3. De mosselen koken:
Voeg de mosselen toe aan de pan en schenk de witte wijn en het water erbij.
Zet het deksel op de pan en laat de mosselen 5-6 minuten op hoog vuur koken. Schud de pan af en toe zodat de mosselen gelijkmatig garen.
Haal de pan van het vuur zodra alle mosselen geopend zijn. Gooi mosselen die niet open zijn weg.
4. Serveren:
Schep de mosselen met een schuimspaan in diepe borden of een grote schaal.
Giet het kookvocht door een zeef en sprenkel het vocht over de mosselen.
Bestrooi royaal met fijngehakte peterselie en serveer met partjes citroen.
Serveer met knapperig stokbrood om het heerlijke kookvocht mee op te dippen.
