Ingrediënten voor 8-10 personen:

300 g bloem

150 g ongezouten boter (koud, in blokjes)

150 g suiker

1 theelepel bakpoeder

2 eidooiers

1 heel ei

1 theelepel vanille-extract

Snufje zout

500 ml volle melk

4 eidooiers

100 g suiker

40 g maizena

1 vanillestokje (of 1 theelepel vanille-extract)

Poedersuiker

Bereidingswijze:

1. Het deeg bereiden:

Meng in een grote kom de bloem, suiker, bakpoeder en een snufje zout.

Voeg de koude blokjes boter toe en wrijf deze met je vingertoppen door de bloem tot je een kruimelig mengsel hebt.

Voeg de eidooiers, het hele ei en vanille-extract toe. Kneed kort door tot een samenhangend deeg.

Verdeel het deeg in twee gelijke stukken, wikkel in plasticfolie en laat het 30 minuten rusten in de koelkast.

2. De banketbakkersroom maken:

Snijd het vanillestokje open en schraap de zaadjes eruit.

Breng de melk met het vanillestokje (of extract) aan de kook in een pan.

Klop ondertussen in een kom de eidooiers met suiker licht en romig. Voeg de maizena toe en klop goed door.

Giet een beetje hete melk bij het eimengsel om te temperen. Giet dit terug in de pan en blijf roeren op laag vuur tot de room dik wordt.

Haal van het vuur, verwijder het vanillestokje en laat afkoelen met een stukje plasticfolie erop (voorkomt velvorming).

3. De Gâteau Basque samenstellen:

Verwarm de oven voor op 180°C. Vet een ronde bakvorm van 22-24 cm in.

Rol één deel van het deeg uit tot een cirkel en bekleed de bodem en randen van de vorm.

Verdeel de afgekoelde banketbakkersroom gelijkmatig over de bodem.

Rol het tweede deel van het deeg uit en plaats dit bovenop de vulling. Druk de randen goed aan en snijd overtollig deeg af.

Maak een kruisvormig patroon bovenop het deeg met een vork of mes en bestrijk met een beetje losgeklopt ei voor een mooie glans.

4. Bakken en serveren:

Bak de Gâteau Basque in 30-35 minuten goudbruin en gaar.

Laat de taart volledig afkoelen en bestrooi voor het serveren eventueel met een lichte laag poedersuiker.