4 hele forellen (schoongemaakt, met kop en staart)
2 citroenen, in dunne plakjes gesneden
1 bosje verse dille
4 teentjes knoflook, in plakjes gesneden
4 eetlepels olijfolie
Zout en peper, naar smaak
1 eetlepel boter (optioneel, voor extra smaak)
Bereiding:
Voorbereiden van de forel:
Verwarm de oven voor op 200°C.
Spoel de forellen af onder koud water en dep ze goed droog met keukenpapier.
Bestrooi de binnen- en buitenkant van de vis met zout en peper.
Vullen van de forel:
Vul de buikholte van elke forel met plakjes citroen, verse dille en plakjes knoflook.
Optioneel: voeg een klein klontje boter toe in de buikholte voor extra smaak.
Bakken in de oven:
Leg de forellen op een bakplaat of in een ovenschaal bekleed met bakpapier.
Besprenkel de vis met olijfolie en leg enkele extra plakjes citroen en takjes dille bovenop.
Bak de forel 20-25 minuten in het midden van de oven, tot de huid goudbruin en krokant is. De vis is gaar wanneer het vlees gemakkelijk loskomt van de graat.
Serveren:
Serveer de forel met partjes citroen en garneer met extra verse dille.
Combineer met geroosterde aardappelen en een frisse groene salade voor een complete maaltijd.